Was een (biologische) soepkip, verdeel eventueel in twee stukken. Leg in een grote maar goed omsluitende pan. Vul met koud water zodat kip net onder staat. Was een ui (met schil!), prik er gaatjes in en steek daar een paar kruidnagels in. De schil geeft kleur aan de soep. Snijd een stengel bleekselderij, halve winterwortel, groen en lelijke bladen van prei en vier lente-uitjes (bewaar mooie deel) in stukken. Halveer een rood pepertje, verwijder de zaadjes, doe één helft in de pan. Schil gemberwortel, doe schillen in de pan, en bewaar de rest.
Voeg peterseliestelen (van 1 bosje), teentje knoflook in schil geplet, 2 laurierblaadjes, rozemarijn, foelie, peper en zeezout toe. Zet op klein pitje, laat heel langzaam net niet aan het kookpunt komen. Doe deksel erop, schuif er een sudderplaatje onder en draai vuur zo laag mogelijk. Laat zeker 3 uur sudderen (hoe langer hoe beter). Neem pan van vuur en laat met kip erin een nachtje afkoelen, zodat de smaken optimaal intrekken.
Schep met schuimspaan vet van de bovenkant. Haal kip eruit, verwijder vel en pluis vlees eraf. Bewaar afgesloten in koelkast. Schenk bouillon door een fijne zeef. Gooi restanten weg. Verhit de bouillon.
Afronding: Snijd prei en lente-ui in dunne ringetjes. Snipper half rood pepertje en gemberwortel ragfijn. Voeg toe aan de hete bouillon. Houd ca. 20 minuten tegen de kook, voeg kleine stukjes kip en een beetje citroensap toe. Proef en breng op smaak met peper en zout. Hak peterselie, roer dat er op het laatst doorheen. Serveer soep stomend heet.