Zorg er voor dat je de mosselen van te voren goed spoelt en nakijkt. Prei en ui in ringen snijden, bleekselderij in reepjes en een wortel in plakjes. Bladselderij en een teentje knoflook (grof) hakken. Doe de mosselen met aanhangend vocht in een ruime pan en doe er de groenten bij. Doe er een takje tijm en een laurierblaadje bij. Je kunt er een glas witte wijn bij doen of een flesje bier, als je dat lekker vindt. Breng de mosselen, met een deksel op de pan, op een hoog vuur aan de kook. Til de deksel even op zodat ’t vocht zakt. Leg de deksel er weer op en schud de mosselen om. Laat zo het vocht nog 2 keer opkomen (en schudden zodat ze allemaal gaar worden).
Remouladesaus: 4 eetlepels mayonaise, een fijn geprakt gekookt ei, ’n paar augurkjes, kappertjes, fijngehakte peterselie en fijngesneden dragon en een theelepel mosterd.